Democraten Hilversum

De Tuinstad in Balans

Home : Nieuws

De Tuinstadgedachte in Hilversum

Datum : 26-09-2024

“Het is eigenlijk zo eenvoudig wat ik heb gewild […] Zó bouwen dat mensen gelukkig zijn.”(Willem Marinus Dudok).   

Het idee van de tuinstad vindt zijn oorsprong in de 19de eeuw, toen de overvolle, sterk vervuilde en verpauperde binnensteden maatregelen noodzakelijk maakten om de volksgezondheid niet verder in gevaar te brengen en de leefomstandigheden van de arbeidersbevolking te verbeteren. Dit streven leidde tot het aannemen van de Woningwet in 1901. In de decennia daarna nam de volkshuisvesting een hoge vlucht. Door samenwerking tussen collectieve opdrachtgevers (woningcorporaties), verlichte projectontwikkelaars en bevlogen architecten werden volkswoningbouwcomplexen gerealiseerd die nog steeds een sociaal-culturele standaard vormen. 

In de periode 1915 – 1954 is het met name gemeentearchitect Willem Marinus Dudok die zijn stempel drukt op de identiteit van Hilversum als tuinstad. Hilversum is door Dudok in samenwerking met plantsoenmeester Meier ontworpen tot een stedenbouwkundige eenheid met bijzondere woningbouwcomplexen en tuinwijken. Dudok streefde daarbij naar het zodanig groeperen en verbinden daarvan dat een “organisme van optimale grootte” ontstond, met een samenhangende architectuur en stedenbouw van hoge ontwerpkwaliteit. In zijn stedenbouwkundige plan voor Hilversum van 1934 tekende hij hoe de stad kon worden afgerond en via ‘groene vingers’ met de omringende natuur verbonden zou zijn. Hij was van mening dat steden niet visieloos zouden moeten “groeien als een vetvlek” en wilde Hilversum behoeden voor “een morspartij van huizen”. De stad met al zijn bijzondere gebouwen en wijken werd waar mogelijk nog wat verder verdicht en aan de randen afgerond in relatie met de omringende natuur. Zorgvuldige beplanting en stedenbouwkundige aanleg moesten de stad tot een tuinstad maken waar de mensen op korte afstand van het omringende natuurschoon gezond en gelukkig konden leven. De schoonheid van het resultaat verwierf grote internationale bekendheid. 

De kenmerken van de tuinstad zijn sedert de 19de eeuw hetzelfde gebleven en nog steeds geldig, zowel nu als in de toekomst. Als belangrijkste kenmerk geldt wel dat de tuinstad gebaseerd is op de politieke wil om een mooie, gezonde en gelukkige stad te creëren en de aanwezigheid van particuliere initiatiefnemers die bereid zijn daadwerkelijk aan dat ideaal een bijdrage te leveren. Het streven naar stadsschoon vormt een centrale opgave. 

De stedenbouwkundige principes van de tuinstad (de tuinstadgedachte) zijn sociale samenhang, een harmonisch ontwerp van bebouwing en openbare ruimte, gezondheid en welzijn. Dat komt onder meer tot uiting in een heldere groenstructuur met plantsoenen, parken en waterpartijen die de ruggengraat vormen voor een goed ontworpen bebouwing van menselijke maat. Hoofdzakelijk laagbouw (i.c. een directe relatie tussen woning en straat) en een openbare ruimte met bomen dragen bij aan een herbergzame leefomgeving, waarmee je je gemakkelijk kunt identificeren. Het stratenplan, een samenhangend bebouwingsbeeld en de openbare ruimte zijn zodanig ontworpen dat zij sociale contacten bevorderen en een veilige woonomgeving bieden. Nabuurschap is een belangrijk kenmerk van de tuinstad. Parken en plantsoenen bieden ruimte voor ontmoeting, spel en verpozing. De dagelijkse voorzieningen zijn op loop- of fietsafstand verspreid door de wijken. Scholen, kerken en openbare gebouwen vormen herkenningspunten in de buurt. 

De tuinstad vormt een geheel, maar is geen star eindbeeld: nieuwe ontwikkelingen, mits zorgvuldig ontworpen, kunnen worden ingevoegd in de structuur zonder de eenheid daarvan geweld aan te doen. Maar daarvoor zijn vakmanschap en politieke wil noodzakelijk. 

Fractievoorzitter Rob Docter / rob.docter@democratenhilversum.nl

Foto: Vincent Kager

De Tuinstadgedachte in Hilversum